Menu

‘Door het onderzoek naar mijn familiegeschiedenis ben ik linkser geworden.’ – Chris Dols

Onderwerpen: Armoede, geschiedenis, Limburg, rol van de kunstenaar.

Op zoek naar werk en met het verlangen naar een betere toekomst, verhuisden de voorouders van Chris Dols (1985) van Limburgse dorpen naar Maastricht; om in latere generaties een korte tijd te werken in het Ruhrgebied of te studeren in Nijmegen. Keer op keer waren de verplaatsingen tijdelijk, en ze kwamen altijd weer terug naar Limburg.

Chris Dols maakte een zelfde soort slingerbeweging als zijn voorouders. Na in Nijmegen te zijn geboren, volgde hij de lagere en middelbare school in de omgeving van Sittard. Vervolgens studeerde en promoveerde hij in Nijmegen; om deze zomer weer te verhuizen naar Herten, een dorp dat grenst aan Roermond. Over de geschiedenis van zijn voorouders maakte Dols, samen met zijn tweelingbroer Stijn, het album en (luister-)boek Veurvaajers.

Wat betekent geschiedenis voor jou als historicus?

‘Je hoort vaak: we moeten leren van de geschiedenis of de geschiedenis herhaalt zich. Ik denk dat historici vooral bestaansverheldering kunnen bieden.

‘Wij laten zien dat actuele debatten veel oudere wortels hebben. Door bepaalde feiten en contexten aan te reiken kun je zaken relativeren en anderszins in perspectief plaatsen.’

Wat was de aanleiding om je familiegeschiedenis te onderzoeken?

‘Ik zocht een soort emotionele schuilplek nadat in 2019 mijn moeder plotseling was overleden aan een mislukte hartoperatie. In ons gezin werd weinig over de familie gesproken; wat opvallend was omdat mijn vader classicus is en over het oude Rome wél vertelde. Ik denk dat de generatie van mijn ouders haar eigen geschiedenis niet zo interessant vond omdat er weinig spectaculairs was gebeurd.

‘Mijn opa is de eerste die aan een kansarm arbeidersbestaan ontsnapte. Hij groeide op in een weeshuis, van waaruit hij naar een ambachtsschool werd gestuurd. De generatie daarna, die van mijn vader, kon als eerste studeren. Die geschiedenis had effect op mijn opvoeding – zo hoorde ik vaak dat mijn tweelingbroer en ik kansen moesten pakken als die voorbijkwamen – maar die waarden werden niet ingelijst met mooiere en minder mooie verhalen.

‘In het jaar van het overlijden van mijn moeder, zette historicus en muzikant Meindert Talma in De Domela Passie het leven van dominee Ferdinand Domela Nieuwenhuis op muziek. Mij leek het mooi om als contragewicht een geschiedenis van een niet-geprivilegieerde familie op muziek te zetten. Net als Talma wilde ik zo’n geschiedenis invoelbaar maken door niet alleen van tekstuele verhaalelementen gebruik te maken.’

Welke aanpak hanteerde je bij Veurvaajers, en hoe was die anders dan bij academisch onderzoek?

‘In academisch onderzoek werk ik vaak van groot naar klein. Bijvoorbeeld in mijn proefschrift over religieuze transformaties tijdens de eerste decennia na 1945, heb ik Nederland als kader genomen en hier en daar wat regionale diepteboringen gedaan. Bij een uitgesproken regionale studie, zoals mijn familiegeschiedenis, begin ik doorgaans juist klein en zet ik het in een groter kader om beter zicht te krijgen op het unieke of juist niet-unieke van bepaalde keuzes die mensen maakten. Daarbij probeer ik het particuliere te overstijgen door ook grotere ontwikkelingen weer te geven. Op die manier komen de verhalen dichtbij en worden ze invoelbaar. Zo wordt duidelijk dat in Limburg de grens nooit ver weg is; dat er werd gesmokkeld en buiten Nederland werd gewerkt. Dat Europese perspectief neem ik mee zodat de actoren als het ware ‘gezichten’ van de geschiedenis worden.

‘In het boek Veurvaajers ben ik vrij dicht bij de feiten gebleven, maar de liedjes in het gelijknamige album zijn artistieker en vrijer. Niet dat het verhaal fictie wordt, maar eerder een soort faction. Ik probeer de feiten te overstijgen zonder ze uit het oog te verliezen. Zo ontdekte ik dat enkele voormoeders in de fabrieken van Regout aardewerk hebben gedecoreerd. Er zijn geen foto’s van dat ze het werk uitvoerden maar van anderen die hetzelfde werk deden wel. Op een bekende foto zit een zogeheten verguldster achter een tafel van opgestapelde kopjes die een piramide vormen. Een voor een beschilderde die vrouw het aardewerk. Omdat ik dat zo’n mooi beeld vond heb ik dat gebruikt en heb ik in een van de songs mijn voorouders achter die tafel gezet.’

In het album zing je in het Limburgs, wat was daar de reden voor?

‘Limburgs is de taal die ik spreek met mijn vrouw en met mijn zoontje van twee jaar oud. Het is daarmee de taal die het dichtst bij mij staat, maar het was ook de taal die ik nooit in een professionele setting kon spreken. Op eerdere platen die ik met mijn tweelingbroer maakte, zongen we bijna uitsluitend in het Engels omdat we door muziek van onder meer The Smiths geïnspireerd waren. Toen ik aan bevriende Limburgse zangers vertelde dat ik dit project aan het doen was zeiden die: ‘Probeer het toch eens in je eigen taal’. Het voelde meteen oprechter en authentieker.

‘Die vertrouwdheid merk ik ook nu ik verhuisd ben. Als eerste reflex begin ik nog steeds een gesprek in het ‘Hollands’; of het nou op straat is of bijvoorbeeld in het ziekenhuis. Fatsoenshalve is het antwoord dan vaak ook in het Nederlands, maar als ze dan horen dat ik ook hun dialect spreek, veranderen we onmiddellijk van taal. Limburgs is toch de taal van het hart.’

Ben je door Veurvaajers anders gaan denken over maatschappelijke kwesties?

‘Van huis uit ben ik altijd groen geweest; niet het groen van GroenLinks maar dat van het CDA. De PvdA was ook een beetje het rode gevaar. Maar door het onderzoek naar mijn familiegeschiedenis ben ik linkser geworden. Veurvaajers gaat in de kern over de kansenongelijkheid in de samenleving en die is er nog altijd. Als je kijkt naar instrumenten om eraan te ontvluchten of daar verandering in te brengen, dan zie je hoe belangrijk geletterdheid is. Tot een paar generaties terug zijn de Dols ongeletterde lieden geweest en als je het woord of het schrift niet hebt, dan word je al snel weerloos.’

Veurvaajers (2022, boek mét CD) is uitgegeven door uitgeverij Leon van Dorp (176 blz., €30,-), het gelijknamige album en het luisterboek zijn ook digitaal te vinden op Spotify en de andere muziekplatforms.